L-B-L 2017 – De helden deel XVII: Sí se puede

Beste Scheldetrappers, Scheldetrapsters, Scheldetrappersvolgers, -fans, -lezers, -sympathisanten,

20 dagen na de befaamde en heroïsche Ronde van Vlaanderen Cyclo maakte (voor sommigen) de euforie, emotie en kiekebisch plaats voor decompressie. Anderen maakten dan weer gebruik van de inspanningen tijdens de winter om hun hoogvorm te verlengen richting Ardennenweekend of Pyreneeënweek en blijven soepel en lang met de pedalen draaien.

Net zoals bij de profs maken in het klassieke voorjaar na Roubaix de noeste Flandriens met dijen als kasseien, kuiten als kluiten, beren die op elke helling exploderen, plaats voor de verfijndere en minder zwaartekrachtgevoelige renners die je soms door het sleutelgat van een pittoresk huis in Darmstadt kan trekken. Desalnietteplus is er toch een gemeenschappelijke eigenschap die de betere voorjaarscoureur onderscheidt van de middenmoot: explosieve benen. Of het nu om de Muur van Geraldsbergen of Huy gaat, er moet poeier in de benen zitten om te excelleren op deze hellingen.

Ook zo’n type renners bevinden zich in het ‘Groene Peloton’. We hebben Stefke ‘Van Avermaet’, die zijn hoogvorm nog naar een buitenaardse vorm wist te trekken. Hij zal onder het mom: ‘ik heb niets te verliezen’ zich na de Ronde ook wagen aan de lange tocht van 270km. Wat extra kilometers maken om zich binnen twee weken te smijten in het toeristenracecircuit aka de kermiskoersen. Momenteel met twee ontstoken dikke tenen maar dat mag hem niet tegenhouden om ook hier uit te blinken.

Bij de SKOV-ploeg blijven ze tot de dag voor de koers in het duister of ze hun kopman ook naar de Dardennen sturen om daar aan de start te verschijnen. Na zijn uitstekende Ronde van Vlaanderen, paste hij voor Roubaix maar durfde met enige voorzichtigheid zijn ambitie uit te spreken voor la Doyenne. Ze hullen een enorme mist rondom hun Spaanse renner Mark DeLosPantalones die even van de radar verdwenen blijkt te zijn. De whereabouts van de oudere en betere versie van ‘El Imbatido’ zijn niet of amper ingevuld en het lijkt er sterk op dat hij in alle anonimiteit in Dardennen is gaan bijtrainen om nogmaals te kunnen pieken in deze koers. In elk geval is hij gemaakt voor deze koers: naarmate de kilometers aandikken, sterken zijn benen en vlakken de hellingen voor zijn gevoel enkel maar af.

We komen nu bij de nieuwe frisse namen, voor de nieuwe fase voor deze nieuwe koersen. Tijdens de RVV-Cyclo nog in de volgwagen maar morgen komen ze op hun gebied, hun habitat, hun terrein.

Eerst hebben we Gil-bert Adriaenssens. In Vlaanderen en Klein-Brabant beter bekend als de man die aan de voet van Boonenberg ‘Edvard Munchsgewijs’ naar de volgwagen van Quickstep stond te gapen met de bekende Christophe Vandegoor-vraag: ‘Où est le vélo?” in zijn achterhoofd. Zijn TV-optreden lag hem geen windeieren en in een mum van tijd kreeg hij berichten vanuit alle hoeken van Klein-Brabant. Spijtig voor Gil-Bert waren het allemaal mannen die hem op zijn ‘minutes of fame’ wezen en bleef hij verweesd en alleen achter. Maar zoals J. Cruyff ooit zei: ‘Elk nadeel, hep ze voordeel’. Zijn aandacht op zijn doel van 2017 werd niet afgeleid en hij bleef zijn focus leggen op trainen, fietsen en leven als een monnik. Dat laatste zal hij ook nog steeds doen na deze zaterdag beloofde hij. Maar eerder in de Abdij van Westvleteren waar hij mee in de beroemde drinktank zal zetelen. Aan zijn kilometers zal het zeker niet liggen. Tijdens de winter had hij aan de Ronde-gezellen genoeg mogelijkheden om zijn basis te leggen, vormcurve te doen stijgen en zijn kilometers te malen. De vlotheid waarmee hij in de weken voor de Ronde de heuvels doorkliefde stuurde naar de Beliebers enkel maar positieve signalen voor zaterdag. De conditie en het kopke zijn er…

De tweede patriot zat als ploegleider achter het stuur van de volgwagen en begeleidde het C-team tijdens de RVV-cyclo superbe/uitstekend/uitmuntend (superlatieven te kort)! De leeftijdsgenoot van ‘El Imbatido’, de vaste trainingspartner voor/na en tijdens de ‘Operacion Puerta Cerrado’, ons tweede goudklompje uit Spanje: Tim de la Montaña. Je hebt (net zoals bij A. Valverde) twee periodes van Tim de la Montaña op de fiets. Die van vòòr ‘Operacion Puerta Cerrado’: Toen hij clean met Alejandro trainde en hem er overal op zijn terrein afreed. Alejandro was de wanhoop nabij met de gekende gevolgen.

De periode na ‘Operacion Puerta Cerrado’ waar hij plots van alle noeste trainingsarbeid uit het verleden last kreeg van inspanningsastma, reumatoïde artritis in de linkerpink, poepeczeem en zelfs zijn hond kreeg een hernia. Reden genoeg om te passeren bij Dr BuenoSusMenos (–) van zijn bevriende wielerclub om een blocnote aan briefjes en voorschriften cortisone te verkrijgen voor eigen gebruik. ‘Het was van den hond zijn kl*ten’ zou agent Es zeggen en Tim’s niveau vermenigvuldigde zich in honderdvoud. Met minimale inspanning een hoog niveau en hondsbrutaal tempo opleggen werden zijn ding. Hij kan zich hondhaven in elke weertype en liefst met zeven Beaufor wind. Tim heeft de motor, de ervaring, de benen én de voorschriften om zaterdag deze reis tot een goed eind te brengen.

Voor zaterdag is er net als voor de Ronde maar één mogelijke spelbreker, één die we niet in de hond, euh hand hebben: het weer. Een koude dag met veel regen wordt voorspeld. Heroïsche omstandigheden zoals tijdens de eerste en laatste uren van de RVV Cyclo maar dat zal de legende achteraf alleen maar groter maken. Denk aan die verhalen die elk jaar rond het kampvuur wederom bovengehaald zullen worden, elk jaar wat aangedikt tot legendarische en voorhistorische taferelen, verteld met een ongelofelijke fierheid aan onbekenden, (wieler)vrienden, familie,  kennissen en zelfs kinderen en achterkleinkinderen. Met ook steeds hetzelfde slot, hetzelfde eind:

Yes, we did it. Sí, hicimos!

Je ziet, Scheldetrappers zijn ambitieus: De Ronde, Luik-Bastenaken-Luik en nu gaan er ook twee leden beginnen koersen om ook daar hun limieten te kunnen ontdekken. Wat allemaal in 2010 begon op een gammele, roestende, ijzeren (al dan niet met Dura-Ace Bjokke) tweewieler is nu uitgegroeid tot een middelgrote, sociaal geëngageerde, mooie en ambitieuze club waar iedereen welkom is. Maar één ding is tijdens die zes jaar niet veranderd. Er is tijdens deze zes jaar één rode draad, één grote gemene deler die steeds meegedragen wordt: PLEZIER. Ieder op zijn manier.

Of het nu aan 23-25-27-37 per uur is, zomer of winter, 8u of 9u, zaterdag of zondag…Iedereen amuseert zich te pletter. Wanneer plezier en kilometers, voor al dan niet een doel op/naast de fiets, wiel in wiel gaan zal het motto altijd zijn en blijven:

Yes, we can – sí se puede!

#Scheldefahrer

#MeerDanEenWielerclub

#Scheldetrappersontour

#ProudMemberOfWVCDeScheldetrappers